woensdag 28 maart 2012


GEWOON GOED VET IN SNACKCAR MELISSA



"Onze dochter heet Melissa, kijk op deze foto, ze is zes. Dit is onze eerste friettent. Kijk, je wordt waarschijnlijk ontslagen op je werk en dan komt dit op je pad. Het bevalt, ja. Je leert veel klanten kennen en je wordt steeds bekender."

"Je bent eigen baas nu. Vroeger werkte ik op kantoor: een echte ambtenaar. Bij het akkerbouwproductschap, die gaan over alles wat met akkerbouw te maken heeft. Ik zat bij het dynamisch archief. Alle  formulieren gaan in mappen en als er vragen over waren moesten wij die weer tevoorschijn halen. Tuurlijk, dit is veel leuker. Ik heb ook tien jaar in een strandtent gewerkt, naast mijn werk. Bij La Cantina, die ken je toch wel? Van Wim?"  

"Mijn lievelingsgerecht? Loempia en halve kip. Patat verkoopt het best, daar komen ze van verre voor, omdat het goed is. Sommige mensen komen toch drie, vier patatzaken voorbij voor ze hier komen. Ze gunnen het mij denk ik. Nu ben ik ook vrij gul met patat: je krijgt een berg. De mensen komen van het strand hier de patat halen en nemen het weer mee het strand op. We zijn dan ook wel iets goedkoper dan een strandtent natuurlijk. Zelf zit ik er nooit, bij een strandtent: geen tijd. Vooral zomers niet, dan ga ik om negen uur open en ga ik een keer om een uur of negen, tien dicht. 's Avonds doe ik de inkoop. Ik kijk na of ik iets nodig heb, dan bel ik op en ligt het de volgende morgen in mijn vriezer. De leverancier heeft de sleutel. Meestal reken ik uit hoeveel dat ik kwijt ben en dat leg ik dan al vast neer. Ik heb nog nooit reclame gemaakt. Goeie spullen, daar gaat het om: goed vet en op tijd verschonen."

"Ik praat een beetje moeilijk, ik heb pas anderhalve week mijn gebit. Heb m'n eigen gebit verwaarloosd. Op een gegeven moment is het dan niet veel meer. Elke keer dat ik er pijn aan had, ging ik  drinken. Maar als je zo'n tent hebt en je gaat drinken, dat kan niet. Toen heb ik gezegd: ik kap er mee, ik ga naar de tandarts. Ja, ik dronk wel veel ja. Vanaf m'n werk ging ik naar het clubhuis, vanaf het clubhuis ging ik naar de kroeg. Als de kroeg dicht ging, ging ik naar huis. Volgende dag precies hetzelfde. Dat je zo elke dag een beetje beneveld bent, dat kan ook niet anders met zoveel drank. Maar nu heb ik een vrouw en een kind en m'n tentje. Dan moet je kiezen of delen, da's niet zo moeilijk. Wij zijn een jaar of twintig samen. Ja, ze kende me ook toen ik zoveel dronk. Het gaat nu een jaar of vijftien heel lekker. Maar als mijn vrouw naar haar moeder gaat in Drenthe, dan neem ik wel  iedere avond drie, vier biertjes mee naar huis, voor op de bank.  Ik voel m'n eigen nu twintig keer beter en veel fitter. Voor de wekker word ik wakker, om kwart voor zeven. Heerlijk leventje heb ik nu." 

donderdag 22 maart 2012



ILLEGAAL - DE HAAGSE GANZEN VOEREN


Ze zit op een bankje in haar winterjas met luipaardprint en voert de ganzen. Ze is mooi. We kijken samen in de lentezon hoe de mannetjes de vrouwtjes verkrachten en voeren een aarzelend gesprek. Ze spreekt in het Litouws, Duits en Nederlands, maar met handen- en voetenwerk begrijp ik haar toch.

"Ik houd van hier zitten. De beesten zijn lief. Die heeft gebroken vleugel. Ha ha, jij foto, eend weg! Ik, Tatjana. Jij?"

"Elsbeth, jouw huis staat waar? Ik uit Litouwen, bij Rusland. Hier gekomen voor Arbeit. Maar problemen, veel problemen. In Litouwen problemen, hier problemen. Ik slaap bij Kessler. Opvang, ja. Mijn familie in Litouwen, denken ik arbeit in Nederland. Maar geen document, geen paspoort. Twee mensen bij ambassade Nederland zeggen mij: ik niet arbeit. Niet goed formulier. Dus nein arbeit. In Litouwen nein arbeiten, hier nein arbeiten. Papier van politie. Hmhm, ja: illegaal." 

Ze lacht, haalt haar schouders op en roept iets dat klinkt als  "Sto gyliatz". Wanneer ik dat vertaal als "dat is het leven", knikt ze. Geen idee of ze dat ook echt bedoelde. 



woensdag 14 maart 2012


UIT DE WINKEL VAN JOHAN MAASBACH




"Voor vragen verwijs ik u door naar de medewerker van de receptie. Ach, ik zie dat hij aan de telefoon is. Zelf ben ik niet zo gewend om in de aandacht te staan. Wij werken hier, wij zijn werkers. Wij werken en kerken hier. Dit is het kantoor en daar is de winkel, aan de overkant is de echte kerk. Dit is van Johan Maasbach Wereldzending, kent u dat? Dit is een kerk van de volle evangelie. We zijn christenen en lezen de bijbel. In de boekenwinkel kunt u een Nieuw Leven vinden. Dat is ons tijdschrift. U kunt ons ook op SBS 6 zien, elke zondag tussen negen en tien."

"Ik ben hier sinds 1986, hij van de receptie ook. Ik ben wel christelijk opgevoed, maar toen ik hier kwam, voelde ik mij echt aangetrokken tot de Heilige Geest, dat Hij echt is, weet u wel? Ik was vroeger gereformeerd, maar ik beleef hier meer dat God leeft, dat Hij tot me spreekt. Persoonlijk vind ik dat er in mijn achtergrond veel regels waren: je mocht dit niet en dat niet. Maar dat God echt leeft, dat Hij met je beweegt, dat voelde ik hier. Maar uiteindelijk lezen we allemaal de bijbel en geloven we de Bijbel van kaft tot kaft." 

"We noemen elkaar hier broeders en zusters. Vind je het leuk om de winkel te zien? Loop maar even mee, dan geef ik je gelijk een Nieuw Leven. Vroeger is dit een bioscoop geweest, zestig jaar geleden. Toen is Johan Maasbach de Wereldzending begonnen. Maar hij is al overleden en nu heeft zijn zoon David Maasbach de leiding. De familie is hier ook vaak, maar zij zijn veel boven,  boven in het kantoor."

"Volgens mij bent u ook een goed christen. Nee? Bent u geen christen? Ik dacht wel dat u een christen bent! Ik vind dat u wel zo'n uitstraling heeft. Ik denk dat de Here u uitverkoren heeft, met u bezig is. Soms besef je pas jaren later, wanneer je omkijkt, dat God al lang met u bezig is geweest, dat u het alleen nog niet wist."





woensdag 7 maart 2012

   
HET SCHUUMEN VAN TONNIE EN THEO

                                                      


Tonnie (links): “Je komt de gekste dingen tegen. Daarom ga ik schuumen, lekker snuffelen. Als je geen rotzooi maakt, mag je er gewoon in kijken. Je vindt hier geld, gouden ringen, gouden kettingen, zilver, schilderijen. Mensen  verhuizen naar een nieuw huis, ze krijgen subsidie mee, vijfduizend euro voor de verhuizing en een nieuwe inrichting.  Waarom moet je eigenlijk al het oude weggooien, dat is toch waanzin?"  

"Hoe minder de mensen hebben, hoe meer wij vinden. Als je naar een laan gaat waar allemaal van die dure huisjes staan, van drie of vier miljoen, vind je dus helemaal niks. De gewone man is heel anders dan de mensen die geld hebben. Die willen het vasthouden, zijn bang dat ze het kwijtraken.”

“Mijn kinderen zijn getrouwd, ik heb kleinkinderen. Ik ben 66 en zit in deze kar. Ik was dertien toen moest ik naar Duitsland: in de bouw werken. Nu ga ik lekker schuumen, dan kom ik thuis, ga ik douchen en dan ben ik weer netjes.”



Theo komt  aangereden op zijn brommer.
Theo (rechts): “Wij kennen elkaar al 32 jaar. Nou, dan weet je wel wat je aan elkaar hebt, hè? We kwamen elkaar gewoon een keer tegen, om een t.v. na te kijken. Sinds toen komen we elkaar steeds tegen, zoals nu hier.  Je staat er verbaasd van, echt waar, wat je vindt in zo’n bak. Zit daar nog plastic in die bak voor mij, Tonnie?”